Daar staat echt een persoonlijkheid, een witte didjeridoo-man lijkt het. Je ziet hem zo als authentieke bewoner in de bush van Australië en Afrika. Er wordt al gefluisterd: ‘hee, een crocodile dundee!’
In de repetitieruimte staan de djembés en kenkenies al klaar. Een kenkenie is een trommel die met stokken bespeeld wordt, eventueel ook met een bel, zo leren we.
We zetten de stoelen in één grote kring en pakken allemaal een instrument en plaatsen dat tussen de benen. Een niet nader te noemen koorlid kent deze djembéworkshop en heeft al voorbereidingen getroffen door haar ringen af te doen en thuis te laten. Nee, ringen mag je niet omhouden als je ‘djembeet’. Top, wat dat betreft, maar daarentegen totaal geen rekening gehouden met de kleding. En dus verscheen ze in een leuke zomerjurk. Gelukkig is de djembé groot genoeg om voor het kruis, sorry, om het kuis te houden.
We zitten startklaar. Tja, en wat doe je dan, als je zo’n trommel, een echte djembé voor je hebt staan? Juist, meteen erop los trommelen. Geen idee wat je aan het doen bent, het klinkt ook nergens naar, maar het is gewoon leuk.
De didjeridoo-man stelt zich voor als Paul ‘Percussie’ op de Weegh. Hij heeft zich gespecialiseerd als percussionist in verschillende stijlen. Op het moment dat hij in aanraking kwam met de traditionele West-Afrikaanse ritmes, heeft hij zich daarop meer toegelegd. Hij mag zich docent noemen en geeft workshops en lessen. Het is een bevlogen man, die boeiend over de instrumenten en zijn vak vertelt.
Maar dan moeten we zelf. Eerst leren we de bas-slag. Die is lekker makkelijk, gewoon een slag midden op het vel, en zo wordt het verder uitgebouwd tot en met de ‘hokus-pokus-pilatus-pas-roffel’ Supermooi klinkt het. Best knap van ons. Een enkeling Enkelen binnen de groep hebben zo’n kenkenie en zij moeten dus met stokken op een heel andere tel slaan dan de rest met de djembé. Het klinkt echt leuk. Terwijl wij onze aangeleerde ritmes spelen, trommelt Paul Percussie er dwars doorheen. We zijn helemaal enthousiast. Als hij ook nog alleen wat speelt springen Greetje en Thea meteen op en beginnen te dansen. Ze genieten van deze heerlijke muziek.
We zingen vervolgens een paar keer het Afrikaanse lied Shosholoza waarbij Paul Percussie erbij trommelt. Dat geeft meer Afrikaanse sfeer aan het lied. Wat zou dat mooi zijn dat iemand van ons dit zelf zou kunnen begeleiden tijdens optredens. Nou ja, belangstellenden kunnen ook djembé-les volgen.
Om 11.30 uur is de workshop ten einde. Het was superleuk, we waren erg enthousiast en hebben vol overgave de workshop gevolgd.
Nu even lunchen in de ‘kantine’ van de Driehoek en dan gaan we verder met de repetitie. 8 Juli is het optreden in Beeklustpark en daar willen we ook wat nieuwe nummers laten horen. Dat betekent dus nog even goed repeteren.
Na de lunch worden de puntjes op de i gezet. Het doorzingen van de nummers gaat redelijk snel. Nyanda gaat de laatst toegevoegde nummers nog inzingen wat het oefenen gemakkelijker maakt. Soms zit een nummer er zo vast in, dat je een verandering maar moeilijk kunt overnemen. Een tussenstuk van het lied Our House hebben we als ‘lalala’ ingestudeerd, maar dat is veranderd in: ‘dududu’. Het is een heel eind dat ‘dududu’ en moeilijk aan te leren. Vanaf de eerste ‘du’ klinkt het dus her en der nog ‘la’. Gaandeweg wordt het herkend en schakelt iedereen over naar ‘du’. Behalve Tini. Zij is zó verdiept in haar bladmuziek, dat ze zich bijna heeft afgesloten van de omgeving. Ze merkt niet dat Nyanda oogcontact met haar zoekt, dat Karen dicht in haar ene oor zingt en Anita in haar andere oor. Plotseling valt het kwartje en de laatste regel eindigt eensgezind met ‘dududu’. Het was een hilarisch moment.
Voor we het weten is de repetitie voorbij. Het was een heerlijke workshop/repetitie.